Midden in de stationshal van Vlissingen, in de looprichting van de entree naar de perrons, staat een bronzen beeld op een granieten sokkel. Het beeld dateert uit 1957 en is gemaakt door de Zeeuwse beeldhouwer Philip ten Klooster. Het stelt een man voor achter een gevleugelde leeuw.
In zijn rechterhand houdt hij bliksemschichten en in zijn linkerhand heft hij een vogel tot boven zijn hoofd. De gevleugelde leeuw wendt zijn kop naar de man. De leeuw richt zich op. De klauwen van zijn voorpoten grijpen in de lucht. De houding doet denken aan die van de leeuw in het wapen van Zeeland. Vier jaar na de watersnoodramp is de symboliek mogelijk terug te voeren op de herrijzende Zeeuwse leeuw. De vogel en de bliksemschichten verbeelden de snelheid van het vervoer per spoor.
Het beeld werd zes jaar na oplevering van het stationsgebouw aangeboden namens alle gemeenten die aan de Zeeuwse spoorlijn liggen. De aanleiding was de elektrificatie van het spoor door Zeeland in 1957. De reistijd naar Vlissingen werd aanzienlijk bekort door de elektrificatie. Aan de voet van de sokkel bevindt zich rondom een witmarmeren strook. Op een zijde is een inscriptie aangebracht: “door de gemeenten aan de zeeuwse lijn bij de electrificatie aangeboden 17.4.1957.” Het beeld draagt aan de achterzijde de naam van de maker. De naam Ph. Ten Klooster is verdiept in het brons aangebracht.
Philip ten Klooster
Philip ten Klooster (1909-1969) werd geboren in Nederlands-Indië. Hij woonde en werkte na de Tweede Wereldoorlog in Veere. Ten Klooster kreeg zijn opleiding aan het Instituut voor Kunstnijverheidsonderwijs in Amsterdam. Hij was tekenaar, restaurateur en beeldhouwer. Ten Klooster maakte een aantal beelden die in de openbare ruimte in Zeeland zijn te zien. Ook maakte hij het beeld van Frans Naerebout op de boulevard in Vlissingen (1952) en een beeld van Ceres in Goes (1954). In opdracht van Monumentenzorg vervaardigde hij nieuwe beelden voor de gevel van het gotische stadhuis in Middelburg dat bij een bombardement in de oorlog beschadigd raakte. Hij was ook werkzaam bij de restauratie van de beelden op het stadhuis van Gouda (1961).