Voor het uit 1965 stammende stationsgebouw van Zwijndrecht werden twee kunstwerken gemaakt: een wandkeramiek in de stationsrestauratie en een bronzen beeld van de nimf Daphne. Het beeld staat op het plein voor het station en is van de hand van Nel Klaassen.
In de Griekse mythologie is Daphne de nimf die achtervolgd werd door de god Apollo. Apollo was getroffen door een pijl uit Eros’ boog. Hij viel Daphne net zo lang lastig totdat ze in wanhoop op de vlucht sloeg. Daarop smeekte ze de riviergod Peneus om haar te verlossen van haar achtervolger. Peneus veranderde Daphne daarop in een laurierboom.
Het moment waarop Daphne in de boom verandert, is een geliefd onderwerp in de beeldhouwkunst. Het beroemdste voorbeeld is het beeld van Gian Lorenzo Bernini uit 1625. Bernini verbeeldde het moment dat Daphne bijna wordt aangeraakt door Apollo. Haar benen en vingers veranderen al in de takken van een laurierboom.
Nel Bouhuijs-Klaassen maakte een expressionistische interpretatie van dit beeld. Het beeld is sterk gestileerd. De figuren zijn vol beweging.
Het beeld werd door de gemeente Zwijndrecht aangeboden aan de Nederlandse Spoorwegen ter ere van de opening van het station. De keuze voor het beeld kwam tot stand na overleg met de architecten en de stichting Kunst en Bedrijf.
Nel Bouhuijs-Klaassen (1906-1989) was beeldhouwster, (wand)schilderes en tekenares. Ook maakte ze mozaïeken. Ze studeerde monumentale en versierende beeldhouwkunst bij Jan Bronner aan de Rijksakademie van beeldende kunsten in Amsterdam. Ze is winnares van de Prix de Rome. In opdracht maakte Bouhuijs-Klaassen veel monumentaal beeldhouwwerk voor wanden en gevels. In Middelburg maakte ze in 1942 een gevelreliëf op een bankgebouw aan de Markt getiteld In de Cluys. In Laren staat sinds 1949 het monument voor de gevallenen van haar hand.