Overslaan en naar de inhoud gaan
Ontwerpprincipe

Algemene ontwerpprincipes

Door de consequente toepassing van de algemene ontwerpprincipes, ontstaat overal een begrijpelijke beeldtaal voor alle reizigers.

Het Spoorbeeld bevat algemene ontwerpprincipes die, met uitzondering van de trein zelf, opgaan voor alle ontwerpopgaven op en rond het spoor. Het consequent toepassen van deze principes draagt bij aan de identiteit van het spoor. De algemene ontwerpprincipes vloeien voort uit de spoorbeeldkernwaarden. Voor de ontwerpopgaven gelden nog aanvullende principes.

Maatsysteem

Een consequente maatvoering – zoals functionele hoogtematen en zoneringen – is op haltes en stations bepalend voor een eenduidig beeld. Dit principe is vastgelegd in een maatsysteem. Hierin worden relaties gelegd tussen object en ruimte. Ook ordent het systeem de verschillende elementen. Het maatsysteem sluit aan op bestaande regelgeving en is op stations bedoeld voor de inrichting(selementen) van de transferruimte en het perron en de wisselwerking met de architectuur. Door de elementen goed te ordenen en in te passen, ontstaan bijvoorbeeld zones voor verlichting, bewegwijzering, camera’s en informatie. Door het toelaatbare aantal elementen te omschrijven en de gewenste transparantie vast te leggen, zorgt het systeem ook voor de gewenste ‘leegte’ en openheid van de ruimte.

Het overzicht stationsobjecten geeft inzicht in de samenhang en relatie tussen de verschillende families van stationsobjecten. Het overzicht is een hulpmiddel bij afstemming en samenwerking tussen de verschillende stationspartijen. Het overzicht maakt naast opbouw, informatiestructuur, vormgeving, maatvoering, kleuren en materialen ook inzichtelijk wie de eigenaar van het object is en binnen welke regelgeving en/of 'familie' de objecten vallen. De objecten zijn voor uiteenlopende doeleinden ontworpen, maar moeten voor de reiziger immers één samenhangend geheel vormen.

Transparantie

De eisen voor transparantie zijn vooral gebaseerd op aspecten rond sociale veiligheid in de openbare ruimte en de vertaling daarvan naar concrete zichtaspecten. De mate van transparantie is afhankelijk van de plaats van het object op het perron, het soort interactie bij/met het object en de eventuele aanwezigheid van personeel. Als interacties met het object gelden het naderen van een object, het passeren van een object, het om de hoek lopen bij een object, het betreden van en verblijven in een (wacht)ruimte en het gebruiken van een voorziening/apparaat.

Even geduld aub, u wordt doorgestuurd naar de beeldenbank